olandese » tedesco

aan·le·ren1 <leerde aan, h. aangeleerd> [anlerə(n)] VB vb intr (in kennis, bekwaamheid vooruitgaan)

aanleren

aan·le·ren2 <leerde aan, h. aangeleerd> [anlerə(n)] VB vb trans

1. aanleren (leren):

aanleren

2. aanleren (onderwijzen):

aanleren

Pagina in Deutsch | English | Español | Italiano | Polski