olandese » tedesco

door·klin·ken1 <doorklonk, h. doorklonken> [dorklɪŋkə(n)] VB vb trans

doorklinken

door·klin·ken2 <klonk door, h. doorgeklonken> [dorklɪŋkə(n)] VB vb intr

1. doorklinken:

doorklinken (geluiden)
doorklinken (door een ruimte)
doorklinken (aanhouden)

2. doorklinken (zich hoorbaar maken):

doorklinken ook fig

Pagina in Deutsch | English | Español | Italiano | Polski