olandese » tedesco

kleur·tje <kleurtje|s> [klørcə] SOST nt

1. kleurtje (kleur):

Farbe f

2. kleurtje (blosje):

Röte f

kleur·loos <kleurloze, kleurlozer, meest kleurloos> [klørlos] AGG

2. kleurloos (vaal, bleek):

kle·ding·co·de <kledingcode|s> SOST f

kleur·mid·del <kleurmiddel|en> [klørmɪdəl] SOST nt

kleur·ets <kleurets|en> [klørɛts] SOST f

kleu·ring <kleuring|en> [klørɪŋ] SOST f

kleur·echt [klørɛxt] AGG

kleur·ling <kleurling|en> [klørlɪŋ] SOST m

kleur·rijk [klørɛik] AGG

1. kleurrijk (met veel kleuren):

2. kleurrijk fig:

kleur·stof <kleurstof|fen> [klørstɔf] SOST f


Pagina in Deutsch | English | Español | Italiano | Polski