Traduzioni di „uitscheren“ nel dizionario tedesco » olandese

(Vai a olandese » tedesco)

ˈein·sche·ren VB vb intr (verkeer)

einscheren

zich invoegen

ˈfort·sche·ren <scherte sich fort, hat sich fortgeschert> VB vb rifl colloq

fortscheren

zich wegscheren

fortscheren

zich uit de voeten maken

kut·ˈschie·ren¹ [kʊˈ͜tʃiːrən] VB vb intr

1. kutschieren (mit der Kutsche fahren):

kutschieren

met de koets rijden

2. kutschieren colloq (fahren, eine Tour machen):

kutschieren

karren

kutschieren

toeren

kutschieren

rijden

be·ˈsche·ren VB vb trans

1. bescheren (einbringen):

bescheren

bezorgen

bescheren

opleveren

2. bescheren (schenken):

bescheren

schenken

den Kindern wurde viel Spielzeug beschert

de kinderen kregen veel speelgoed als kerstgeschenk [o. ten geschenke]

ˈaus·sche·ren VB vb intr

1. ausscheren:

ausscheren

de rij [o. file] [o. formatie] verlaten

ausscheren

uitwijken

zum Überholen ausscheren

naar links gaan om in te halen

2. ausscheren:

ausscheren

van zijn spoor afwijken

ein Wagen schert bei Glätte aus

een wagen wijkt bij gladheid van zijn spoor af

3. ausscheren fig:

ausscheren

zijn eigen weg gaan

aus der Regierung ausscheren

de regering verlaten

ˈzwit·schern² [ˈ͜tsvɪ͜tʃɐn] VB vb trans

einen zwitschern colloq

er eentje achteroverslaan