Traduzioni di „Robustheit“ nel dizionario olandese » tedesco

(Vai a tedesco » olandese)

be·wust·heid [bəwʏsthɛit] SOST f geen pl

1. bewustheid (besef):

bewustheid

Bewusstheit f

bewustheid

Bewusstsein nt

2. bewustheid (bezit van vol besef):

bewustheid

Bewusstsein nt

ge·rust·heid <gerust|heden> [ɣərʏsthɛɪt] SOST f

1. gerustheid (onbezorgdheid):

gerustheid

Vertrauen nt

2. gerustheid (ongestoorde kalmte):

gerustheid

Ruhe f

3. gerustheid (geruststelling):

gerustheid

Beruhigung f

rust·huis <rust|huizen> [rʏsthœys] SOST nt

rusthuis

Erholungsheim nt

rusthuis

Genesungsheim nt

ro·buust <robuuste, robuuster, meest robuust> [robyst] AGG

robuust

robust

robuust

kräftig

robuust

stabil

een robuuste gezondheid fig

eine robuste Gesundheit

zelf·be·wust·heid [zɛləvbəwʏsthɛɪt] SOST f geen pl

zelfbewustheid

Selbstbewusstsein nt

vast·heid [vɑsthɛɪt] SOST f geen pl

vastheid

Festigkeit f

vastheid (zekerheid)

Sicherheit f

juist·heid [jœysthɛit] SOST f geen pl

juistheid

Richtigkeit f

juistheid (precisie)

Genauigkeit f

driest·heid <driest|heden> [dristhɛɪt] SOST f

driestheid

Dreistigkeit f

trek·vast·heid [trɛkfɑsthɛit] SOST f geen pl

trekvastheid

Zugfestigkeit f

kort·heid [kɔrthɛɪt] SOST f geen pl

kortheid

Kürze f

kortheid (beknoptheid)

Knappheit f