Traduzioni di „stagetijd“ nel dizionario olandese » tedesco

(Vai a tedesco » olandese)

jaar·ge·tij·de <jaarge|tijden> [jarɣətɛidə] SOST nt

jaargetijde

Jahreszeit f

sta·gi·air <stagiair|s> [staʒɛːrə] SOST m

stagiair

Praktikant m

sta·gi·ai·re <stagiaire|s> [staʒɛːrə] SOST f

stagiaire forma femminile di stagiair

Vedi anche: stagiair

sta·gi·air <stagiair|s> [staʒɛːrə] SOST m

stagiair

Praktikant m

stag·na·tie <stagnatie|s> [stɑɣna(t)si] SOST f

stagnatie

Stockung f

stagnatie

Stocken nt

stagnatie econ.

Stagnation f

stagnatie van het verkeer

Verkehrsstockung f

zonder stagnaties verlopen

reibungslos verlaufen

paas·tijd [pastɛɪt] SOST m geen pl

paastijd

Osterzeit f

maai·tijd <maaitijd|en> [majtɛit] SOST m

maaitijd

Zeit f der Heuernte

maal·tijd <maaltijd|en> [maltɛit] SOST m

maaltijd

Mahlzeit f

maaltijd

Essen nt

aan de maaltijd zijn/zitten

bei Tisch sein/sitzen

een maaltijd gebruiken

eine Mahlzeit zu sich nehmen

paar·tijd [partɛit] SOST m geen pl

paartijd

Paarungszeit f

etens·tijd [etənstɛit] SOST m geen pl

etenstijd

Essenszeit f