Traduzioni di „entschiedener“ nel dizionario tedesco » olandese

ent·ˈschie·den¹ [ɛntˈʃiːdn̩] AGG

1. entschieden (entschlossen):

entschieden

vastberaden

entschieden

beslist

etw aufs Entschiedenste [o. entschiedenste] ablehnen

iets zeer beslist [o. ten stelligste] afwijzen

2. entschieden (eindeutig):

entschieden

overduidelijk

entschieden

beslist

ent·ˈschie·den² [ɛntˈʃiːdn̩] VB

entschieden part perf von entscheiden¹, entscheiden², entscheiden³

Vedi anche: entscheiden , entscheiden , entscheiden

ent·ˈschei·den³ [-ˈʃ͜aidn̩] VB vb rifl

1. entscheiden (eine Entscheidung treffen):

entscheiden

een beslissing [o. besluit] nemen

entscheiden

beslissen

entscheiden

de voorkeur geven

entscheiden

kiezen

2. entscheiden (sich endgültig klären):

entscheiden

beslist worden

ent·ˈschei·den² [-ˈʃ͜aidn̩] VB vb intr (gerichtlich beschließen)

entscheiden

beslissen

entscheiden

een besluit nemen (over)

entscheiden

uitmaken

der Richter entschied auf Gefängnis

de uitspraak van de rechter luidde: gevangenisstraf

ent·ˈschei·den¹ [-ˈʃ͜aidn̩] VB vb trans

1. entscheiden (ausmachen):

entscheiden

beslissen

entscheiden

uitmaken

2. entscheiden (den Ausschlag geben):

entscheiden

beslissen

entscheiden

de doorslag geven

das Spiel für sich entscheiden SPORT

de wedstrijd in zijn voordeel beslissen

ent·ˈschei·den¹ [-ˈʃ͜aidn̩] VB vb trans

1. entscheiden (ausmachen):

entscheiden

beslissen

entscheiden

uitmaken

2. entscheiden (den Ausschlag geben):

entscheiden

beslissen

entscheiden

de doorslag geven

das Spiel für sich entscheiden SPORT

de wedstrijd in zijn voordeel beslissen

ent·ˈschei·den² [-ˈʃ͜aidn̩] VB vb intr (gerichtlich beschließen)

entscheiden

beslissen

entscheiden

een besluit nemen (over)

entscheiden

uitmaken

der Richter entschied auf Gefängnis

de uitspraak van de rechter luidde: gevangenisstraf

ent·ˈschei·den³ [-ˈʃ͜aidn̩] VB vb rifl

1. entscheiden (eine Entscheidung treffen):

entscheiden

een beslissing [o. besluit] nemen

entscheiden

beslissen

entscheiden

de voorkeur geven

entscheiden

kiezen

2. entscheiden (sich endgültig klären):

entscheiden

beslist worden