olandese » tedesco

aan·voe·len1 <voelde aan, h. aangevoeld> [anvulə(n)] VB vb trans

1. aanvoelen (tot zijn gevoel laten spreken):

aanvoelen
aanvoelen
de ware bedoelingen aanvoelen
iets goed aanvoelen
iem aanvoelen

2. aanvoelen (even aanraken):

aanvoelen

aan·voe·len2 <voelde aan, h. aangevoeld> [anvulə(n)] VB vb intr (het genoemde gevoel veroorzaken)


Pagina in Deutsch | English | Español | Italiano | Polski