Traduzioni di „zuigen“ nel dizionario olandese » tedesco

zui·gen¹ <zoog, h. gezogen> [zœyɣə(n)] VB vb trans

zuigen

saugen

zui·gen² <zoog, h. gezogen> [zœyɣə(n)] VB vb intr

zuigen

saugen

zuigen (stofzuigen)

staubsaugen

op zijn duim zuigen

am Daumen lutschen

Esempi per zuigen

op zijn duim zuigen

am Daumen lutschen

iets uit zijn duim zuigen fig

sich dat etw aus den Fingern saugen

je kunt er een punt aan zuigen fig

davon kannst du dir eine Scheibe abschneiden