olandese » tedesco

aan·ko·mend [aŋkomənt] AGG

1. aankomend (nog niet volwassen):

2. aankomend (nog niet volleerd):

3. aankomend (aanstaand):

voor·ˈko·mend <voorkomende, voorkomender, voorkomendst> [vorkomənt] AGG

eerst·ko·mend [erstkomənt] AGG

be·kom·merd [bəkɔmərt] AGG

op·som·men <somde op, h. opgesomd> [ɔpsɔmə(n)] VB vb trans

los·ko·men <kwam los, i. losgekomen> [lɔskomə(n)] VB vb intr

4. loskomen (beschikbaar worden):

5. loskomen (uit de gevangenis komen):

saus·kom <sauskom|men> [sɑuskɔm] SOST f

on·be·kom·merd <onbekommerde, onbekommerder, onbekommerdst> [ɔmbəkɔmərt] AGG


Pagina in Deutsch | English | Español | Italiano | Polski