Traduzioni di „Schachspiels“ nel dizionario olandese » tedesco

(Vai a tedesco » olandese)

lach·spier <lachspier|en> [lɑxspir] SOST f

lachspier

Lachmuskel m

op de lachspieren werken

die Lachmuskeln reizen

scham·pen <schampte, i. geschampt> [sxɑmpə(n)] VB vb intr

schampen

streifen

de auto schampte langs haar fiets

das Auto streifte ihr Fahrrad

scham·per [sxɑmpər] AGG

schamper

verächtlich

schamper

abfällig

schamper

abschätzig

schamper lachen

verächtlich lachen

iets schamper opmerken

etw verächtlich bemerken

schar·rel <scharrel|s> [sxɑrəl] SOST m

aan de scharrel zijn met iem

mit jdm flirten

aan de scharrel zijn met iem

ein Techtelmechtel haben mit jdm

schaars·te [sxarstə] SOST f geen pl

schaarste

Knappheit f

de schaarste van levensmiddelen

die Lebensmittelknappheit

schaat·sen <schaatste, h. geschaatst> [sxatsə(n)] VB vb intr

schaatsen

Schlittschuh laufen

schaatsen

eislaufen

schaat·ser <schaatser|s> [sxatsər] SOST m

schaatser

Schlittschuhläufer m

schaatser

Eisläufer m