tedesco » olandese

Traduzioni di „verwond“ nel dizionario tedesco » olandese

(Vai a olandese » tedesco)

Mostra l'elenco di tutti i risultati trovati

verw.
Ver·ˈbund: nome
Ver·ˈsand: nome
Ver·ˈband: nome
ver·ˈpönt: aggettivo e avverbio
ver·ˈlor: verbo
ver·ˈtun: verbo transitivo

Stai visualizzando i risultati dalla grafia simile: vertun , verlor , verpönt , Verband , Versand , Verbund e verw.

verw.

verw.

verw.

Vedi anche: verwitwet

ver·ˈwit·wet [fɛɐ̯ˈvɪtvət] AGG

weduwe [o. weduwnaar] geworden

die verwitwete Müller

de weduwe van de heer Müller

Ver·ˈbund <Verbund(e)s, Verbunde[o. Verbünde] > [fɛɐ̯ˈbʊnt] SOST m

1. Verbund ECON:

2. Verbund TECN:

Ver·ˈsand <Versand(e)s> [fɛɐ̯ˈzant] SOST m kein pl

1. Versand (das Versenden):

het verzenden [o. versturen]

2. Versand (Versandabteilung):

expeditieafdeling

3. Versand:

postorderbedrijf nt

Vedi anche: Versandhaus

Ver·ˈsand·haus SOST nt

Versandhaus

postorderbedrijf nt

Versandhaus

Ver·ˈband <Verband(e)s, Verbände> [fɛɐ̯ˈbant, -ˈbɛndə] SOST m

1. Verband (Bund):

bond

unie

2. Verband MED:

verband nt

3. Verband fig (Zusammenhang):

verband nt

4. Verband MILIT (Einheit, Abteilung):

im Verband fliegen

in formatie vliegen

5. Verband ARCHIT:

verband nt

ver·ˈpönt [fɛɐ̯ˈpøːnt] AGG

ver·ˈlor [-ˈloːɐ̯] VB

verlor 3. pers sing imperf von verlieren¹, verlieren², verlieren³

Vedi anche: verlieren , verlieren , verlieren

ver·ˈlie·ren³ <verlor, verloren> [fɛɐ̯ˈliːrən] VB vb rifl

1. verlieren (sich verlieren):

sich in Gedanken verlieren

in gepeins verzinken

sich in Einzelheiten verlieren

te veel in details treden

2. verlieren (sich verirren):

sich in eine öde Gegend verlieren

in een verlaten streek belanden [o. verzeild raken]

3. verlieren (verschwinden):

seine Begeisterung hat sich rasch verloren

zijn enthousiasme is snel bekoeld

die Spur verlor sich im Gras

het spoor liep in het gras dood

ver·ˈlie·ren² <verlor, verloren> [fɛɐ̯ˈliːrən] VB vb trans

1. verlieren (Gemütszustand):

sein Herz an jdn verlieren ricerc

van iem gaan houden

die Fassung verlieren

van de wijs [o. van streek] raken

seinen Halt verlieren

geen houvast meer hebben

an [o. bei] ihm ist Hopfen und Malz verloren colloq

het is bij hem boter aan de galg

an [o. bei] ihm ist Hopfen und Malz verloren colloq

hij is onverbeterlijk

die Sprache verlieren

met stomheid geslagen zijn

die Spur verlieren

het spoor bijster worden

2. verlieren:

verlieren (einbüßen)

verlieren (einbüßen)

verlieren (verspielen)

verlieren (verspielen)

overwonnen worden

ver·ˈlie·ren¹ <verlor, verloren> [fɛɐ̯ˈliːrən] VB vb intr

verlieren (weniger werden)

verlieren (loswerden)

verlieren (zurückgehen)

an Wert verlieren

in waarde dalen

etw verliert an Reiz

iets wordt minder aantrekkelijk

ver·ˈtun¹ VB vb trans irreg

eine Chance vertun

een kans verprutsen

Cerca nel dizionario

tedesco

Pagina in Deutsch | English | Español | Italiano | Polski