Traduzioni di „Zensuren“ nel dizionario olandese » tedesco

(Vai a tedesco » olandese)

cen·su·re·ren <censureerde, h. gecensureerd> [sɛnzyrerə(n)] VB vb trans

1. censureren (aan censuur onderwerpen):

censureren

zensieren

2. censureren (hekelen):

censureren

kritisieren

aan·vu·ren <vuurde aan, h. aangevuurd> [anvyrə(n)] VB vb trans

aanvuren

anfeuern

aanvuren

anspornen

be·glu·ren <begluurde, h. begluurd> [bəɣlyrə(n)] VB vb trans

begluren

belauern

begluren

heimlich beobachten

be·keu·ren <bekeurde, h. bekeurd> [bəkørə(n)] VB vb trans (als politieagent)

bekeuren

ein Strafmandat erteilen

bekeurd worden

ein Strafmandat bekommen

be·stu·ren <bestuurde, h. bestuurd> [bəstyrə(n)] VB vb trans

1. besturen (voer-, vaartuig):

besturen

steuern

besturen

lenken

besturen

führen

een auto besturen

ein Auto lenken

draadloos besturen

fernlenken

draadloos besturen

fernsteuern

2. besturen (werktuig):

besturen

bedienen

een hijskraan besturen

einen Hebekran führen

3. besturen (leiden):

besturen

leiten

een land besturen

ein Land lenken [o. regieren]

een stad besturen

eine Stadt verwalten

een stichting besturen

eine Stiftung leiten

ge·beu·ren¹ [ɣəbørə(n)] SOST nt geen pl

gebeuren

Vorfall m

gebeuren

Ereignis nt

gebeuren

Geschehen nt

gebeuren (complex van bepaalde voorvallen)

Ereignisse pl

gebeuren (georganiseerd)

Veranstaltung f

een opmerkelijk gebeuren

ein bemerkenswertes Ereignis

in·stu·ren <stuurde in, h. ingestuurd> [ɪnstyrə(n)] VB vb trans

1. insturen (inzenden):

insturen

einschicken

insturen

einsenden

2. insturen (naar binnen sturen):

insturen

hineinsteuern

insturen

hineinlenken

insturen

steuern in +acc

insturen

lenken in +acc

een auto een zijstraat insturen

einen Wagen in eine Seitenstraße einlenken

3. insturen (zenden naar een plaats):

insturen

schicken in +acc

insturen

senden in +acc

iem de dood insturen

jdn in den Tod schicken

ver·du·ren <verduurde, h. verduurd> [vərdyrə(n)] VB vb trans

verduren

ertragen

verduren

aushalten

het hard [o. zwaar ] te verduren hebben (kritiek krijgen)

unter Beschuss stehen

het hard [o. zwaar ] te verduren hebben (ontberen)

sein(en) Teil zu tragen haben

het hard [o. zwaar ] te verduren hebben (ontberen)

es schwer haben

ver·hu·ren <verhuurde, h. verhuurd> [vərhyrə(n)] VB vb trans

verhuren

vermieten

verhuren (roerende goederen)

verleihen

kamers aan studenten verhuren

Zimmer an Studenten acc vermieten

ver·zu·ren¹ <verzuurde, i. verzuurd> [vərzyrə(n)] VB vb intr

1. verzuren (zuur worden):

verzuren ook fig

versauern

de melk verzuurde

die Milch wurde sauer

2. verzuren (spieren):

verzuren

übersäuern

ope·nings·uren [opənɪŋsyrə(n)] SOST

openingsuren pl → openingstijd

Vedi anche: openingstijd

ope·nings·tijd <openingstijd|en> [opənɪŋstɛit] SOST m

openingstijd

Öffnungszeiten pl

openingstijd (winkels ook)

Geschäftszeit f

open·scheu·ren² <scheurde open, h. opengescheurd> [opə(n)sxørə(n)] VB vb trans

openscheuren (openen)

aufreißen

openscheuren (met een scherp voorwerp)

aufschlitzen

een naad openscheuren

eine Naht aufreißen