Traduzioni di „Herolde“ nel dizionario olandese » tedesco

(Vai a tedesco » olandese)

he·roï·ne [herowinə] SOST f geen pl

heroïne

Heroin nt

aan heroïne verslaafd

heroinsüchtig

he·ros <heroën> [herɔs] SOST m

heros

Heros m

her·der <herder|s> [hɛrdər] SOST m

1. herder:

herder (hoeder)

Hirt m

herder (van schapen)

Schäfer m

als de herder dwaalt, dolen de schapen prov

wie der Hirt, so die Herde

2. herder (hond):

herder

Schäferhund m

dat is een Duitse herder

das ist ein Deutscher Schäferhund

hel·der <heldere, helderder, helderst> [hɛldər] AGG

1. helder (geluid, licht, kleur):

helder

hell

iets in een helder licht plaatsen fig

etw (von allen Seiten) beleuchten

het heldere maanlicht

das helle Mondlicht

heldere ogen

helle Augen pl

zij heeft een heldere stem

sie hat eine helle Stimme

2. helder (onbewolkt):

helder

heiter

een heldere hemel

ein heiterer Himmel

3. helder (transparant):

helder

klar

een heldere bouillon

eine klare Brühe

4. helder (met goed verstand):

helder

hell(wach)

zij heeft van tijd tot tijd heldere ogenblikken

sie hat ab und zu lichte Augenblicke

hij heeft een helder verstand

er hat einen wachen Verstand

5. helder (duidelijk):

helder

einleuchtend

6. helder (schoon):

helder

sauber

her·rie [hɛri] SOST f geen pl

1. herrie (lawaai):

herrie

Krach m

2. herrie (drukte):

herrie

Rummel m colloq

wat is er een herrie op straat

was ist das für ein Rummel auf der Straße colloq

herrie schoppen

Krawall machen colloq

3. herrie (ruzie):

herrie

Krach m

hul·de [hʏldə] SOST f geen pl

hulde

Huldigung f

hulde

Ehrung f

hulde aan deze vrouw!

Ehre (sei) dieser Frau!

iem hulde brengen

jdm huldigen

weel·de [weldə] SOST f geen pl

1. weelde (luxe, rijkdom):

weelde

Luxus m

weelde

Reichtum m

dat zou geen weelde zijn

das wäre kein Luxus

in weelde leven

im Luxus leben

in weelde baden

im Geld schwimmen colloq

2. weelde (overvloed):

weelde

Üppigkeit f

weelde

Fülle f

weelde

Überfülle f

een weelde van bloemen

eine Blumenpracht

3. weelde:

weelde

Glück nt

weelde (geluk)

Wonne f form

in de weelde van het ogenblik

in der Wonne des Augenblicks form

hij kent zijn eigen weelde niet

er weiß nicht, wie gut er dran ist

zijn weelde niet op kunnen

maßlos glücklich sein

hei·de <heide|n> [hɛidə] SOST f

heide

Heide f

hein·de [hɛində] AVV

van heinde en verre

von nah und fern