olandese » tedesco

wei·ge·ren1 <weigerde, h. geweigerd> [wɛiɣərə(n)] VB vb intr

1. weigeren (niet functioneren):

weigeren
versagen
de remmen weigeren
die Bremsen versagen

2. weigeren (paardensport):

weigeren
verweigern
weigeren
scheuen

wei·ge·ren2 <weigerde, h. geweigerd> [wɛiɣərə(n)] VB vb trans

2. weigeren (niet willen aannemen):

weigeren
ablehnen
weigeren
abschlagen
weigeren
ausschlagen
weigeren
zurückweisen
iem een dans weigeren
jdm einen Tanz abschlagen
hulp weigeren (niet willen geven)
Hilfe verweigern
hulp weigeren (afslaan)
Hilfe ablehnen [o. ausschlagen]
een verzoek weigeren
eine Bitte ausschlagen
voedsel weigeren
Nahrung verweigern

Esempi per weigeren

blijven weigeren
bei seiner Weigerung bleiben
hulp weigeren (niet willen geven)
Hilfe verweigern
voedsel weigeren
Nahrung verweigern
standvastig weigeren
sich standhaft weigern
iem de toegang weigeren
jdm den Zutritt verweigern
iem een dans weigeren
jdm einen Tanz abschlagen
de remmen weigeren
die Bremsen versagen
een wissel trekken/weigeren
einen Wechsel ziehen/protestieren
iets botweg weigeren
etw rundweg [o. schlankweg] ablehnen
iets kortweg weigeren
etw kurzerhand ablehnen
weigeren te betalen
sich weigern, zu zahlen
niet kunnen weigeren
nicht Nein sagen können
een verzoek weigeren
eine Bitte ausschlagen
een erfenis weigeren
auf eine Erbschaft verzichten
ik kan het slecht weigeren
ich kann es schlecht abschlagen
iem iets niet kunnen weigeren
jdm etw nicht abschlagen können

Cerca nel dizionario

olandese

Pagina in Deutsch | English | Español | Italiano | Polski
Cerca nei dizionari
I più amati