tedesco » olandese

Traduzioni di „mattsetzend“ nel dizionario tedesco » olandese (Vai a olandese » tedesco)

Mostra l'elenco di tutti i risultati trovati

ent·ˈset·zen: verbo transitivo
Ent·ˈset·zen: nome
ˈfest·set·zen: verbo transitivo
ˈfort·set·zen: verbo transitivo
ˈab·set·zen: verbo intransitivo
ˈan·set·zen: verbo intransitivo
ˈauf·set·zen: verbo intransitivo
ˈaus·set·zen: verbo transitivo

Stai visualizzando i risultati dalla grafia simile: aussetzen , aufsetzen , ansetzen , absetzen , fortsetzen , festsetzen , Entsetzen e entsetzen

ent·ˈset·zen¹ [ɛntˈzɛ͜tsn̩] VB vb trans

1. entsetzen (in Grauen versetzen):

über etw ganz entsetzt sein

over iets hevig ontzet [o. totaal ontdaan] zijn

2. entsetzen MILIT:

Ent·ˈset·zen <Entsetzens> [ɛntˈzɛ͜tsn̩] SOST nt kein pl

Entsetzen erregend

Entsetzen erregend

zum Entsetzen aller

tot ieders ontzetting

ˈfest·set·zen¹ VB vb trans

1. festsetzen:

2. festsetzen (bestimmen):

zur festgesetzten Zeit

op de vastgestelde tijd

ˈfort·set·zen¹ VB vb trans

ˈab·set·zen¹ VB vb intr NAUT

vom Ufer absetzen

van de oever afzetten [o. afsteken]

ˈan·set·zen¹ VB vb intr

1. ansetzen (einsetzen):

zum Spurt ansetzen

de spurt inzetten

zum Angriff ansetzen

tot de aanval overgaan

2. ansetzen (anfangen zu wachsen):

beginnen te groeien

die Haare setzen bei ihm tief an

zijn haar is laag ingeplant

3. ansetzen (sprießen):

knoppen krijgen

4. ansetzen (Licht einschalten):

licht aanbranden

ˈauf·set·zen¹ VB vb intr

1. aufsetzen:

aufsetzen (landen)

aufsetzen (den Boden berühren)

aufsetzen (den Boden berühren)

2. aufsetzen CACCIA:

ˈaus·set·zen² VB vb trans

1. aussetzen (ausfahren lassen):

das Schiff setzt Boote aus

het schip zet sloepen uit

ein Kind aussetzen (im Stich lassen)

een kind te vondeling leggen

Passagiere aussetzen

passagiers ontschepen [o. aan land zetten]

2. aussetzen (preisgeben):

einer Gefahr/einem Verdacht ausgesetzt sein

aan een gevaar/verdenking blootgesteld zijn [o. blootstaan]

3. aussetzen:

aussetzen (versprechen)

aussetzen (ausschreiben)

aussetzen (anerkennen)

aussetzen (anerkennen)

jdm eine Rente aussetzen

iem een rente toekennen

ein Vermächtnis aussetzen DIR

ein Vermächtnis aussetzen DIR

4. aussetzen (unterbrechen):

den Unterricht aussetzen

de les onderbreken

5. aussetzen (bemängeln):

immer etw an jdm auszusetzen haben

altijd iets op iem aan te merken hebben

6. aussetzen DIR (versagen):

eine Strafe auf [o. zur ] Bewährung aussetzen

een voorwaardelijke straf opleggen

ein Urteil aussetzen

een vonnis opschorten

7. aussetzen RELIG (zur Anbetung):

8. aussetzen (Billiard):

einen Billardball aussetzen

Cerca nel dizionario

tedesco

Pagina in Deutsch | English | Español | Italiano | Polski