olandese » tedesco

Traduzioni di „abgeschürft“ nel dizionario olandese » tedesco

(Vai a tedesco » olandese)

Mostra l'elenco di tutti i risultati trovati

schurft: nome
ge·schift: aggettivo e avverbio
be·schuit: nome
ge·schrift: nome
ge·schept: aggettivo e avverbio
ge·schikt: aggettivo e avverbio
ge·scho·ren: verbo
on·be·schut: aggettivo e avverbio

Stai visualizzando i risultati dalla grafia simile: geschrift , beschuit , geschift , schurft , onbeschut , geschoren , geschikt e geschept

schurft [sxʏrft] SOST nt of m of f geen pl

1. schurft:

schurft (bij mensen)

Krätze f

schurft (bij dieren)

Räude f

de schurft aan iets/iem hebben fig

etw/jdn gefressen haben

2. schurft plantk.:

Schorf m

ge·schift <geschifte, geschifter, geschiftst> [ɣəsxɪft] AGG

1. geschift (getikt):

2. geschift (uiteengevallen):

geschifte melk

geronnene Milch f

be·schuit <beschuit|en> [bəsxœyt] SOST f

met iem (wel) een beschuitje willen eten

jdn nicht von der Bettkante stoßen [o. schubsen]

ge·schrift <geschrift|en> [ɣəsxrɪft] SOST nt

Schrift f

valsheid in geschrift(e) plegen

Urkundenfälschung begehen

opruiend/polemisch geschrift

Hetz-/Streitschrift f

ge·schept [ɣəsxɛpt] AGG

(hand)geschöpft

het geschept papier

das Bütten(papier)

ge·schikt¹ <geschikte, geschikter, geschiktst> [ɣəsxɪkt] AGG

1. geschikt (aangenaam in de omgang):

nett

de nieuwe chef is heel geschikt colloq

der neue Chef ist ganz in Ordnung

een geschikte man

ein netter Mensch

2. geschikt (met de juiste eigenschappen):

een geschikte gelegenheid

eine passende Gelegenheit

de meest geschikte middelen

die geeignetsten Mittel pl

ik vind het geschikt

mir ist es recht

geschikt voor de dienst

dat boek is niet geschikt voor kinderen

das Buch ist nicht für Kinder geeignet

voor leraar geschikt zijn

als Lehrer geeignet sein

ge·scho·ren VB

geschoren volt. deelw. van scheren¹, scheren²

Vedi anche: scheren , scheren

sche·ren² <scheerde, h. gescheerd> [sxerə(n)] VB vb intr (snel bewegen)

≈ streifen

scheren langs iets

het vliegtuig scheerde over de huizen

das Flugzeug flog dicht über die Häuser

de zwaluwen scheren dicht over het water

die Schwalben streichen dicht über das Wasser hin

sche·ren¹ <schoor, h. geschoren> [sxerə(n)] VB vb trans

1. scheren:

scheren (haar)

scheren (iets)

zijn baard scheren

sich dat den Bart rasieren

een geschoren kin

ein rasiertes Kinn

zich scheren

2. scheren (dieren):

een hond scheren

einen Hund scheren

een hond scheren (in een model)

einen Hund trimmen

3. scheren (gewassen):

4. scheren (afzetten):

hij laat zich geduldig scheren

er lässt sich leicht beschwindeln [o. übervorteilen]

on·be·schut [ɔmbəsxʏt] AGG

Cerca nel dizionario

olandese

Pagina in Deutsch | English | Español | Italiano | Polski