olandese » tedesco

boe·ken <boekte, h. geboekt> [bukə(n)] VB vb trans

2. boeken (bespreken):

3. boeken (behalen):

vloe·ken <vloekte, h. gevloekt> [vlukə(n)] VB vb intr

1. vloeken (krachttermen gebruiken):

2. vloeken (verwensen):

noen [nun] SOST m geen pl

te·ken <teken|s, teken|en> [tekə(n)] SOST nt

2. teken (voorteken):

Zeichen nt
ein Menetekel form

3. teken (onderscheidingsteken):

Zeichen nt

4. teken (sein, signaal):

Zeichen nt
Signal nt

5. teken (middel om iets te kennen te geven):

Zeichen nt

7. teken wisk.:

Zeichen nt

we·ken1 <weekte, h. geweekt> [wekə(n)] VB vb trans (zacht maken)

ble·ken1 <bleekte, h. gebleekt> [blekə(n)] VB vb trans

bre·ken1 <brak, i. gebroken> [brekə(n)] VB vb intr

2. breken (een doorgang, scheiding forceren):

3. breken (een jongensstem):

4. breken (stralen):

pre·ken1 <preekte, h. gepreekt> [prekə(n)] VB vb trans

kie·ken <kiekte, h. gekiekt> [kikə(n)] VB vb trans

rie·ken <rook, h. geroken> [rikə(n)] VB vb intr

wre·ken <wreekte, h. gewroken> [vrekə(n)] VB vb trans

be·ke·ken VB

bekeken 3. pers sing imperf van bekijken

Vedi anche: bekijken


Pagina in Deutsch | English | Español | Italiano | Polski